NIEUWS

Picasso in Afrika
“Ik zou hier best willen wonen.”
“Zeker om verstoppertje te spelen,” grapt juf.
Als Deon heeft gespeeld op een woonerf van de Dogon uit Mali in het Afrikamuseum is hij gegrepen. Overal zijn kleine trapjes en hoekjes en kamertjes.
In de toguna, de vergaderruimte van het dorp met een enorm dik rieten dak, kun je niet staan. Waarom niet? Omdat wie boos opspringt, letterlijk zijn hoofd stoot. Alleen zittend kun je redelijk overleggen en rechtvaardige beslissingen nemen.
Een kamp van de rondtrekkende jagers en verzamelaars in het tropisch regenwoud van o.a. Kameroen spreekt ook tot de verbeelding. “Zo’n soort hut heb ik met mijn opa en oma gebouwd!”
“Kijk goed naar alle maskers die je hier ziet. Kies de neus uit die jij wilt tekenen en schets die op je papier. Doe dit vervolgens met de vorm van het hoofd, de ogen en de mond. Of misschien kies jij als kunstenaar ervoor, net als dit masker, een masker te schilderen zonder mond…” legt de museumdocente uit.
“Ik kan het niet!”, zucht een kind.
“Je kunt het niet fout doen, probeer het maar,” stelt de museumdocent de leerling gerust.
Picasso werd gefascineerd door de krachtige vormen van Afrikaanse beelden en maskers. Net als de kinderen van de C. van Leeuwen in het Afrikamuseum. Een bezoek aan het Afrikamuseum is onderdeel van het Cultuurmenu van de basisscholen uit de gemeente Brummen.