‘Hi, met Karin, sorry dat ik je stoor maar ik zit met een probleem, we hebben een aantal overleggen staan, maar mijn moeder moet op een aantal momenten naar het ziekenhuis dit jaar en dat kan ze niet zelfstandig. Ze kan ook niet met de bus of de taxi, dat geeft teveel stress wat ze niet aankan. De ziekenhuisbezoeken zijn, om maar wat te noemen ‘niet plezierig’ en ‘emotioneel beladen’. Ik zit met mijn handen in het haar, want eigenlijk moet ik mijn moeder helpen, maar ik wil ook op mijn werk mijn verantwoordelijkheid nemen en mijn steentje bijdragen’.
Werkgever: ‘Wat goed dat je belt hierover’ wil je er iets meer over vertellen?
Dit fragment uit een telefoongesprek heeft echt plaatsgevonden, een aantal maanden geleden. Als werknemer voel ik me erg verantwoordelijk voor mijn werk, werk ik volgens afspraken die voor mij ‘heilig’ zijn. Afspraken afzeggen? Alleen in noodgevallen. Maar ja, nu was er niet alleen een ‘eenmalig’ noodgeval, nee, mijn mantelzorg-werk, dat ik al jaren uitvoer buiten mijn werktijden om, botste nu voor een langere periode met mijn werk. Toen ik dit in de gaten kreeg, voelde ik direct een soort paniek opkomen en de meest wilde vragen kwamen in mij op:
Straks denkt mijn werkgever dat ik de kantjes er van af ga lopen. Mijn collega’s vinden mij straks niet meer betrouwbaar in mijn werkafspraken. Mijn moeder vindt mij een slechte dochter omdat ik mijn werk belangrijker vind dat de zorg om haar. Mijn kinderen gaan ongezond eten, omdat ik niet meer alle dagen de verse-groenten-maaltijden kan garanderen. Wat een stress!
De meeste stress zat richting mijn werk: hoe ga ik mijn mantelzorgtaken de aankomende maanden combineren met mijn werk? Na drie nachten wakker liggen, durfde ik mijn werkgever te bellen. Ik vond het zo spannend om haar te bellen. Maar zij reageerde zo ontzettend fijn: “Hoe gaat het met je?” ze wilde eerst weten hoe het met mij ging, en vroeg of ik iets over mijn situatie wilde vertellen. Wat een betrokkenheid, de stress viel direct van mij af en ik vertelde haar hoe ziek mijn moeder eigenlijk is, dat ik al maanden op mijn vrije dag aan het mantelzorgen ben en dat ik dat fijn vind om te kunnen doen. Door mijn verhaal eerst eens vanaf het begin te kunnen vertellen, merkte ik dat ik al veel minder in problemen dacht, maar naar mogelijke oplossingen durfde te knipogen. Mijn werkgever stelde mij gerust door eigenlijk direct al aan te geven dat we samen naar een oplossing zouden gaan zoeken voor deze situatie.
Dat hebben we gedaan: ik heb mijn moeder alle keren heen en weer kunnen brengen naar het ziekenhuis. De uren die ik hieraan besteedde kon ik op een later moment inhalen, dat was geen enkel probleem. Van de overleggen die ik miste, kreeg ik een mooi inhoudelijk en duidelijk verslag en mijn lieve collega’s waren meer dan bereid om mij te ondersteunen, daar waar het nodig was. Mijn moeder was erg dankbaar voor al mijn mantelzorg maar vroeg zich op een gegeven moment ook af of het allemaal nog wel te doen was. Wat een erkenning voelde ik op dat moment. Het heeft onze band eigenlijk alleen maar versterkt. Ik een slechte dochter? Dat had ze nog nooit van haar leven gedacht. En tot slot: mijn kinderen zijn zielsgelukkig dat ze af en toe friet eten op een doordeweekse dag: wat een geluk!
Dat alles, begon met een telefoongesprek met mijn werkgever, die de aanzet gaf tot denken in oplossingen en niet in problemen.
Comments