18 was je, toen je bij ons kwam werken. Als stagiaire vanuit het speciaal onderwijs. Je wist al van jongs af aan dat je later iets met ouderen wilde gaan doen. Je had in het begin nog geen idee wat er van je verwacht werd. Hele schema’s hebben we gemaakt om je in een goed werkritme te krijgen, steeds een stapje verder. Je deed het goed, je luisterde naar de deelnemers, had geduld met hen en zij met jou. Ik zag je groeien.
Na je stage kreeg je een contract als “speciale medewerker”. Met je ouders erbij tekenden we het contract en vierden het met champagne!
Inmiddels ben je 27 en werken we nog steeds samen. Meestal met ups, soms met downs…
Een van de downs die ik me herinner was in je beginperiode. Je had net de koffie ingeschonken en de koekjes uitgedeeld en had zin in de dag. Ik werd een minuutje weggeroepen van de groep en toen ik terugkwam zag ik dat er iets was voorgevallen. Ik vroeg je ernaar. Je bozige antwoord: “niets!” geloofde ik niet en ik nam je even apart. Met tranen in je ogen vertelde je me uiteindelijk dat een van de deelneemsters alwéér commentaar had op je outfit. En je had nog wel zo je best gedaan!
Je moest leren dat een heel enkele keer een deelnemer niet alleen maar oud en lief is, maar soms ook ondeugend. Ze kon er niets aan doen. Net als jij er niets aan kon doen dat een opmerking je steeds weer raakte. Hoe kon ik je leren om met dit soort situaties om te gaan?
“Weet je wat”, zei ik “de volgende keer dat dit gebeurt, pak je snel een rietje”. Even kwam er geen reactie maar ik hoorde je hersens kraken…. Je hoofd ging omhoog en je blauwe ogen werden nog groter dan ze al waren. “een rietje?” je begreep er niets van. “ja” zei ik “als er weer een vervelende opmerking komt dan stop je snel het onzichtbare rietje in je ene oor en laat het er aan de andere kant weer uitkomen. Daar gaat dan de opmerking doorheen en zo komt ie niet in je hoofd waardoor je er ook niet meer verdrietig om kunt worden”. Je moest er even over nadenken, maar aan de glimlach die op je gezicht verscheen, zag ik dat je het wilde proberen.
Je moest het gebruik van het rietje even oefenen en ik moest je er af en toe even mee helpen. Maar wat gaat het nu goed! Laatst nog, na een opmerking in jouw richting hield ik even mijn adem in…. Wat zou er gebeuren? Je was heel even stil en dacht na. Toen zocht je mijn blik, je ogen begonnen te lachen en tegelijkertijd riepen we: “RIETJE!”
Gave metafoor en wat een mooie coachende